Vele Nederlanders trekken ieder jaar naar het Italiaanse eiland Sicilië. Het eiland ligt aan de voet van de laars van Italië, net boven Malta. Het ligt zo zuidelijk dat het praktisch op Afrikaanse hoogte gelegen is. Dat doet natuurlijk wat met het klimaat. Sicilië heeft heerlijk warme zomers en ook in de Nederlandse winter kun je er van de winterzon genieten. Sicilië heeft een grote diversiteit aan vegetatie en bewoning. Mocht je daarom op vakantie naar Sicilië gaan dan loont het om te weten welk gedeelte van Sicilië het mooiste is om te bezoeken! Iedere kant van het eiland heeft zijn eigen bijzonderheden. Laten we eerlijk zijn, uiteindelijk is alles van Sicilië prachtig en wil je overal geweest zijn. Maar als je echt de hoogtepunten wil bezoeken, hou dan het volgende in je achterhoofd.
Het rustige westen
Om te beginnen zijn de stranden in het westen een ultieme bron van rust. De uitgestrektheid, het blauwe water en de weinige mensen op het strand. Tijd om eindelijk dat boek uit te lezen waar je al vier keer in begonnen bent. Naast de stranden heeft het westen ook hele schattige dorpjes. In de grote steden worden veel kookcursussen aangeboden. De echte kookliefhebber kan hier zijn hart ophalen en veel leren over de Italiaanse keuken. Dat kan door Nederlandse die al jaren op Sicilië wonen of door echte Italianen, wat jij het fijnste vindt.
Ondanks dat je misschien van rust houdt, mag je Palermo natuurlijk niet overslaan. Deze stad ademt cultuur. Ook andere grote steden zoals Marsala zijn echt de moeite waard te bezoeken. Als je echt voor de Siciliaanse cultuur gaat, dan kun je die het beste in de wat kleinere stadjes zoeken. Hier staat het echt lokale eten op de menukaart. Want wat kunnen die Italianen lekker koken zeg! Palermo leent zich ook erg voor een stedentripje vanuit Nederland. Vliegen naar Sicilië hoeft niet duur te zijn. Als je niet temveel bagage meeneemt kun je deze zelfde nog op je scootertje verplaatsen. Het vakantiegevoel is dan wel echt compleet!
Daarnaast vind je in het zuidwesten de vallei van de tempels. Alleen de naam al nodigt uit om hier naartoe te gaan. Vanuit de steden vertrekken er dagtripjes, maar je kunt er natuurlijk ook met eigen vervoer naartoe. Hier bewonder je de ruïnes van gebouwen die uit 400 jaar voor Christus stammen, over verre geschiedenis gesproken! Hieromheen liggen nog veel middeleeuwse stadjes waar je een hapje kunt eten en een uurtje rond kunt wandelen.
Het magische oosten
Ga je echt op vakantie om een beetje te reizen, want dingen te zien en te ondernemen, dan is het oosten wat voor jou! Huur hier een scooter en tour over de bergen naar de kust. Je vindt er wat meer toeristen, maar die verspreiden zich ook wel over de bezienswaardigheden. Maak bijvoorbeeld ook een stop bij een de nationale parken of een van de vele stadjes waar je doorheen komt. Je ontkomt natuurlijk niet aan een bezoek aan de Etna. Deze kun je beklimmen met de fiets, je kunt hem een stuk op wandelen of een treintje naar boven nemen. Alle drie hele gave manieren om de vulkaan te bezichtigen. Zoek van tevoren wat op over de geschiedenis van deze vulkaan, want dat maakt de ervaring nog leuker!
Vanuit het oosten kun je zelfs nog een dagtripje maken naar het vastenland van Italië, want dat ligt erg dichtbij. Ook in het oosten vind je heerlijke stranden, dus wat dat betreft zit er geen verschil tussen de west- en de oostkust. Het oosten heeft iets meer steden om te bezoeken maar beide bieden ze ongelofelijk veel mogelijkheden.
Kortom, beide kanten van Sicilië zijn de moeite zeer zeker waard om te bezoeken! Als je iets meer van rust houdt, zou ik het westen aanraden. Als je meer fan bent van het licht chaotische maar ook nuchtere Italiaanse leventje, dan moet je misschien iets dichter op de cultuur kruipen in het oosten. Hoe dan ook: een heel fijne reis toegewenst!
